The Passion

Miljoenen mensen hebben donderdag The Passion gezien. Samen met mijn dochter van 10 jaar heb ik het verhaal van de laatste uren van Jezus gekeken. Een dag daarna vraagt mijn dochter mij: “Mama, waarom geloven sommige mensen dat het echt gebeurd is? Dit is toch niet waar.” “Hoe weet je dat het niet waar is”, vraag ik. “Dat zegt oma, papa en alle andere mensen en als je er over nadenkt, kan dit toch niet waar zijn.”

Tja, wat zeg je dan tegen een meisje van 10 jaar? Hoe weten we zo zeker wat waar is en wat niet waar is, waar baseren wij dit op? Op onze eigen paradigma?

Dus ik moest aan het Victoriaanse fantasieverhaal Flatland denken. Dat verhaal heb ik dan ook aan mijn dochter verteld. Want ik kan geen “ja” of “ nee” tegen haar zeggen. Ik wil dat ze zelf eigen denkwijze ontwikkelt.

n het onsterfelijke Victoriaanse fantasieverhaal Flatland zijn de hoofdpersonen verschillende geometrische vormen die in een volkomen tweedimensionale wereld leven. Aan het begin van het verhaal heeft de verteller, een Vierkant van middelbare leeftijd, een verontrustende droom waarin hij een bezoek brengt aan een één-dimensionaal rijk, Lijnland, waar de bewoners zich slechts kunnen bewegen van punt tot punt. Met toenemende frustratie probeert hij zijn verschijning te verklaren – dat hij een Lijn van Lijnen is en dat hij afkomstig is uit een wereld waarin je niet slecht van punt tot punt kunt gaan, maar ook van zijde tot zijde. Wanneer boze Lijnlanders op het punt staan hen aan te vallen, wordt hij wakker.

Later op diezelfde dag probeert hij zijn kleinzoon, een kleine Zeshoek, te helpen bij diens schoolwerk. De kleinzoon oppert de mogelijkheid van een derde dimensie – een wereld met van boven naar beneden zowel als van zijne naar zijde. Het Vierkant noemt deze gedachte onzinnig en onvoorstelbaar.

De volgende nacht heeft het Vierkant een buitengewone ontmoeting die zijn leven verandert: een bezoek van een inwoner van Ruimteland, de wereld van drie dimensies. Aanvankelijk is het Vierkant slecht verbaasd over zijn bezoeker, een eigenaardige Cirkel die van afmeting lijkt te veranderen en zelfs verdwijnt. De bezoeker legt uit dat hij een Bol is. Het leek slechts dat hij van grootte veranderde en dat hij verdween, omdat hij zich in de Ruimte naar het Vierkant toe bewoog en tegelijkertijd daalde. Omdat hij zich er van bewust is dat argumenten alleen het Vierkant niet zullen overtuigen van het bestaan van de derde dimensie, creëert de geprikkelde Bol voor hem een ervaring van diepte. Het Vierkant is diep geschokt:

‘Er was een duizelig- en ziekmakend gevoel van waarnemen dat anders was dan zien; ik zag een Lijn die geen Lijn was; Ruimte die geen Ruimte was. Ik zag mijzelf en niet mijzelf. Toen ik mijn stem weer terug had schreeuwde in doodsangst, ’of dit is waanzin, of het is de hel.’

‘Het is geen van beide’, antwoordde kalm de stem van de Bol ’Het is kennis; het zijn drie dimensies. Open je ogen nogmaals en probeer te blijven kijken.’

Na zijn ervaring van een andere dimensie wil het Vierkant deze overtuiging uitdragen en probeert hij zijn mede-Flatlanders ervan te overtuigen dat Ruimte meer is dan louter een kronkel van een stelletje wiskundigen. Vanwege zijn vasthoudendheid wordt hij uiteindelijk in het belang van het welzijn van de bevolking gevangen gezet. Elk jaar daarna brengt de hogepriester van Flatland, de Opper-Cirkel, hem een bezoek om te zien of hij weer bij zinnen is, maar het koppige Vierkant blijft volhouden dat er een derde dimensie is. Hij kan het niet vergeten, hij kan het niet verklaren.

Mijn dochter werd stil. Zal zij uit dit verhaal kunnen begrijpen dat de bijzondere ervaringen die iemand mag meemaken , nooit helemaal aan een ander kunnen worden duidelijk gemaakt, men moet ze zelf ervaren? Communicatie gaat tenslotte uit van een gemeenschappelijke achtergrond.